Laat m' in U blijven, groeien, bloeien, Laat m’ in U blijven

Vers 1

o Heiland, die de wijnstok zijt!

Uw kracht moet in mij overvloeien,

of 'k ben een wis verderf gewijd.

Doorstroom, beziel en zegen mij,

opdat ik waarlijk vruchtbaar zij.

Vers 2

Ik kan mijzelf geen wasdom geven:

niets kan ik zonder U, o Heer’.

In Uw gemeenschap kiemt er leven

en levensvolheid meer en meer.

Uw Geest zij in mij uitgestort;

de rank, die U ontvalt, verdort.

Vers 3

Neen, Heer', ik wil van U niet scheiden,

‘k blijf d' Uw' altijd, blijf Gij de mijn’!

Uw liefde moet alom mij leiden,

Uw leven moet mijn leven zijn,

Uw licht moet schijnen in mijn huis

bij kruis naar kracht, en kracht naar kruis.

Vers 4

Dan blijft mijn ziel voor U gewonnen,

dan wint mijn ziel door U in kracht!

Het werk, in need'righeid begonnen,

wordt dan in heerlijkheid volbracht!

Wat in de winds'len sliep, ontbot

en komt in 't licht en rijpt voor God.

Vers 5

Psalm 73:12-14

Vers 6

'k Zal dan gedurig bij U zijn,

In al mijn noden, angst en pijn;

U al mijn liefde waardig schatten,

Wijl Gij mijn rechterhand woudt vatten.

Gij zult mij leiden door Uw raad,

O God, mijn heil, mijn toeverlaat;

En mij, hiertoe door U bereid,

Opnemen in Uw heerlijkheid.

Vers 7

Wien heb ik nevens U omhoog?

Wat zou mijn hart, wat zou mijn oog,

Op aarde nevens U toch lusten?

Niets is er, waar ik in kan rusten.

Bezwijkt dan ooit, in bitt're smart

Of bangen nood, mijn vlees en hart,

Zo zult Gij zijn voor mijn gemoed

Mijn rots, mijn deel, mijn eeuwig goed.

Vers 8

Wie, ver van U, de weelde zoekt,

Vergaat eerlang en wordt vervloekt;

Gij roeit hen uit, die afhoereren

En U den trotsen nek toekeren;

Maar 't is mij goed, mijn zaligst lot,

Nabij te wezen bij mijn God;

‘k Vertrouw op Hem geheel en al,

Den HEER, Wiens werk ik roemen zal.

Begeleiding nog niet beschikbaar

Bijdrage leveren

Help mee door een audio-opname van dit lied bij te dragen