Rust, mijn ziel, wat zou u kwellen

Vers 1

of ontstellen?

Is dan God uw Vader niet?

Hoort Hij niet naar Jezus’ bede?

Is zijn vrede

u niet meer dan al ’t verdriet?

Vers 2

Heeft zijn Zoon voor u zijn leven


niet gegeven?

Woont zijn Geest niet in uw hart?

Zou Hij uw belang niet weten,

u vergeten,

u verlaten in uw smart?

Vers 3

Heeft Hij niet in vele noden

hulp geboden?

God is goed, ja God alleen.

Nimmer is zijn trouw bezweken,

ze is gebleken,

als het u onmoog’lijk scheen.

Vers 4

Wie kon ooit zijn macht beperken?

God kan werken

alles wat zijn wijsheid wil;

Hij is machtig, uw ontfermer,

uw beschermer;

als Hij spreekt, zijn stormen stil.

Vers 5

Is u de uitkomst nog verborgen,

werp uw zorgen

op de Heer; want Hij is goed.

Hij zal raad en hulpe geven;

wil niet beven,

wat u op deez’ aard’ ontmoet.

Vers 6

Hoop op zijn beloftenissen.

Niets zal missen,

wat Gods Woord u heeft beloofd;

wat Gods liefde goed zal keuren

zal gebeuren;

volg dan zwijgend, en geloof.

Vers 7

Jezus bidt, dat ge uw verlangen

moogt ontvangen,

als ’t u nuttig wezen zou.

Geeft God niet naar uw begeren,

’t mag u leren

rusten in zijn Vadertrouw.

Begeleiding nog niet beschikbaar

Bijdrage leveren

Help mee door een audio-opname van dit lied bij te dragen